Rijsdijk: 'Een jaar nadat we Ajax terugkregen'

door basdew92 29

Rijsdijk: 'Een jaar nadat we Ajax terugkregen'

door basdew92 29

Laatst geüpdatet

Iedere maand duikt columnist Rodney Rijsdijk voor Ajax Showtime terug in de krochten van zijn Ajax-bestaan. Deze keer denkt hij terug aan de finale van de Europa League van vorig jaar.

Precies een jaar geleden is het vandaag. Het voelt als gisteren. Amsterdam was zwanger van de spanning. Toen ik ’s ochtends in een doodgewone supermarkt in een doodgewone wijk in Amsterdam West wat boodschappen aan het halen was zag ik al mannen in Ajax-shirts rondlopen. Je kon de spanning in hun ogen zien. Die boodschappen werden net iets te gehaast in het mandje gegooid. Simpel vreten en bier! Heel veel bier!

Over bier en eten hoefde ik me die dag niet al te veel zorgen te maken. Dat zou wel goed komen. Samen met twee vrienden had ik de uitzending van de finale in de Melkweg georganiseerd. Dat was niet al te veel moeite, want ik werkte al heel wat jaartjes in de Melkweg, dus ik had wel wat ingangen. Dat had ik na die heroïsche halve finale tegen Lyon dus gelijk in gang gezet. Nog dezelfde avond de programmeur gemaild en de volgende middag zaten mijn vrienden en ik met de programmeurs aan tafel. We stampten een conceptprogramma uit de grond, verdeelden taken en gingen aan de slag.

De naam hadden we al snel: Europe League: The Final Countdown. We maakten een poster met portretten van de spelers met langharige kapsels, zoals de mannen van Europe. We moesten gasten regelen. Nou hebben wij een redelijk netwerkje van mensen die wij kennen in de voetbal- en journalistenwereld, maar dat was uiteraard ook een probleem: veel van die mensen gingen mee naar Stockholm.

We regelden, we belden, we organiseerden en op 24 mei stond er een programma. In de grote zaal van ‘mijn’ Melkweg. DJ’s, een quiz en twee sprekers. Om sprekers in te huren was op deze avond overigens niet ons beste idee, gezien de spanning die er om de wedstrijd heen hing. Mensen hadden er amper aandacht voor. Wij hadden het in de dagen voor de finale zo druk dat we eigenlijk amper tijd hadden om ons zenuwachtig te maken over de finale van onze club. We waren eigenlijk zenuwachtiger over hoe ons evenement zou verlopen. De kaartverkoop was een makkie. In een zucht en een natte scheet hadden we de grote zaal uitverkocht. Zeshonderd man. En we hadden nog veel meer kaarten kunnen verkopen, want het dubbele had er ook ingepast, maar we wilden het graag een beetje leefbaar en gezellig houden.


Rodney Rijsdijk op de dag van de finale.

We waren ’s middags al in de Melkweg, om de hoek van het Leidseplein, en daar was echt duidelijk hoe de stad trilde van de spanning. Iedereen liep in een Ajax-shirt. Iedereen al vroeg aan het bier. Ons Ajax in een Europacupfinale. Dat we het nog mee mochten maken. Precies 22 jaar eerder, op 24 mei 1995, liep ik als jochie van 18 over het Leidseplein. Ajax won in Wenen en ik kon wel wenen van geluk.

Er is nogal wat veranderd in die 22 jaar. Het niveau van het Nederlands voetbal is in die jaren afgezakt als opa’s ouwe onderbroek en Nederlandse clubs worden jaarlijks uitgeschakeld door clubs uit landen waar we vroeger vaak lacherig over deden. Maar Ajax rockte vorig seizoen dus ineens harder dan Europe. Ajax swingde thuis als een zieke kip tegen Schalke en Lyon en wankelde in de uitwedstrijden, maar haalde het wel. Over de finale kunnen we kort zijn: het zat er geen moment in tegen Manchester United. Het speelse Ajax liep simpel in de val van de geslepen Mourinho. Berusting in de zaal. De hele avond had de stemming er fantastisch ingezeten: voor, tijdens en na de wedstrijd. We waren met z’n allen trots op Ajax. Trots dat Ajax de finale had bereikt. Trots op ons team dat ons bijna het hele seizoen had laten zien waarom we ook alweer Ajacieden zijn: omdat we van mooi voetbal houden. Met bluf, met flair, met branie, met durf, eigenwijsheid. Amsterdam terugzien in onze favoriete club. Dat gevoel waren we de laatste paar jaar een beetje kwijt, maar na een aarzelend begin had Peter Bosz het toch behoorlijk leuk voor elkaar. Dat was de grote winst van dat seizoen. Ajax veroverde weliswaar geen prijzen, maar wel weer de harten van de supporters.

We zijn dus exact een jaar verder vandaag, maar het lijkt Matthijs de Ligtjaren geleden. Bosz, de architect van dat mooie voetbal is weg. Ajax is al weer twee trainers verder. Het technisch hart bleek niet te kloppen. Een ander hart helaas op een fataal moment ook niet. ‘’We willen Nouri zien!’’, scandeerden we vorig seizoen bij zijn debuut in die bekerstrijd tegen Willem II. En we kregen Nouri te zien. Het Amsterdamse straatjoch uit West stal onze harten, maar uitgerekend die van hem begaf het op die kwade dag in juli 2017. We hebben zojuist één van de meest rampzalige en meest bizarre seizoenen achter de rug. Een seizoen vol drama, ruzies en intriges. Dit was zo’n naargeestig baggerseizoen waarvan ik in februari al hoopte dat het gauw voorbij zou zijn. Het Bosz-seizoen had van mij oneindig lang mogen doorgaan. Dat was wat ik dacht na die finale. Ajax had verloren, maar ik was intens gelukkig en ik was bepaald niet de enige in die kolkende Melkweg. Wij als Ajax-fans hadden namelijk de belangrijkste prijs allang gewonnen: we kregen Ajax weer terug. Vandaag precies een jaar geleden. En hopelijk krijgen we onze club heel snel wéér terug.

Lees meer over:
Plaats reactie
Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.