Ajax-trainer Erik ten Hag denkt dat de verspilling van voetbaltalent ook in de komende jaren zal doorgaan. Dat vertelt de trainer, die in 2017 ook al sprak over het niet goed opleiden en het zonder weerstand voetballen, in gesprek met Voetbal International.

Drie jaar later denkt Ten Hag er nog steeds zo over. 'Met het optuigen van een Onder-21-competitie, wat de KNVB van plan is en het verdwijnen van de Onder-19-elftallen, denk ik dat wij meer spelers opleiden voor de breedte', zegt Ten Hag, die van mening is dat talenten in de eindfase van de opleiding beter de confrontatie aan kunnen gaan met volwassenen. 'En daarmee kennis maken met mentale weerstanden, zoals de belangen van winnen en verliezen. Alleen Ajax, PSV, AZ en FC Utrecht kunnen spelers zo’n goed platvorm bieden, namelijk senioren weerstand in de Keuken Kampioen Divisie.’

Ten Hag gaat ook in op de plannen van de KNVB in het amateurvoetbal, en daarmee dus ook het jeugdvoetbal bij bvo's. Zo is men van plan om in de jeugd bij kinderen tot twaalf jaar geen standen meer mee te laten tellen. 'Ik geloof niet in dit beleid. Voetbal gaat om winnen en verliezen, om kampioen worden, om promoveren en degraderen. En daarbij hoort dus van jongs af aan een ranglijst bij, maar óók een scheidsrechter die toeziet op de regels en daarmee ook een opvoedkundige taak heeft. Kleinere velden daarentegen juich ik wel toe. Spelers onder de twaalf jaar hebben nog gebrek aan kracht en komen op een kleiner veld vaker aan de bal. Zo komen ze dus ook vaker in voetbalsituaties terecht waarin ze keuzes moeten maken.’

Ten Hag beveelt harde competities over de hele lijn aan. Dat moet de ontwikkeling stimuleren. 'Maar daarin opereren de clubs nog steeds te egocentrisch. Ze kijken te veel naar binnen en zijn te weinig bereid om over de eigen belangen heen te stappen en handelen naar het totaal belang. Voorbeeld is de veranderagenda. Uiteindelijk is dus niks veranderd! Op de lange termijn is dit de nagel aan de doodskist van het Nederlandse voetbal.’