Na een twijfelend begin bij Club Brugge is Stefano Denswil inmiddels uitgegroeid tot sterkhouder van de defensie van de Belgische club. Tegenover De Morgen laat de oud-Ajacied weten zich in het begin te graag wilde bewijzen, wat juist averechts werkte. 'Ik ben hier meer verdediger geworden dan in Nederland. Fysiek sterker in de duels ook', aldus de mandekker.
De verwachtingen in Brugge waren met de komst van Denswil een jaar geleden hooggespannen, wat gebaseerd was op de intrinsieke kwaliteiten van de Nederlander en het feit dat hij al op zijn twintigste basisspeler was bij Ajax, zo meldt het medium. Echter, zijn begin in België was niet erg denderend te noemen. 'Ook ik had hoge verwachtingen', vertelt Denswil. 'Maar ik had het echt moeilijk in het begin. In je eerste wedstrijden wil je je ook absoluut bewijzen, terwijl dat helemaal niet nodig is. Want dan maak je onnodige fouten. Ik leg elke match de lat hoog voor mezelf, maar wel met haalbare doelstellingen. Dan zeg ik tegen mezelf: voor rust wil ik twee crosspasses geven en 90 procent van mijn duels winnen. En als het niet lukt, stel ik gewoon nieuwe doelen', blijft hij optimistisch.
Verder moest er bij Denswil ook op tactisch gebied het nodige bijgespijkerd worden. 'Dat was het belangrijkste probleem. Dan gaat het over looplijnen en wat te doen bij balverlies. Bij Ajax ging het vooral over uitvoetballen, hier moet er in de eerste plaats verdedigd worden. Ik had mijn eigen visie, maar uiteindelijk ben ik gaan inzien dat die visie niet juist was', klinkt hij zelfkritisch. 'Toen ik geblesseerd was, zag ik vanop de tribune ook beter wat te doen op het veld. Ook het feit dat ik mijn eigen matchen ging analyseren op dvd hielp. Ik heb dat zelf aangevraagd, want bij Ajax deed ik dat ook al met Jaap Stam. Als je ziet hoe we nu verdedigen en hoe vaak we de nul houden, is het wel gelukt, denk ik', besluit de voormalig Ajax-verdediger.








































Plaats reactie