Ik ben nu drie maanden bezig als hoofdtrainer van het eerste elftal van Ajax en ik kan niet anders zeggen dan dat het me heel goed bevalt.
Het begin was meteen goed, met de overwinning in Milaan. Daarna hebben we goede en minder goede resultaten afgewisseld. Dat is logisch voor een jonge ploeg die aan het leren is om op een bepaalde manier te voetballen. Ik hamer vanaf het begin op een paar zeer belangrijke zaken. Zo wil ik dat we bij balverlies als team ons best doen om de bal zo snel mogelijk, ik zeg altijd ‘binnen drie seconden’, terug te hebben. Daar moeten alle spelers aan mee doen. Zoals we alles met elkaar doen. Elke speler krijgt taken en daar moet iedereen zich aan houden. Als ze dat doen, dan kan deze ploeg heel veel bereiken.
Toen ik bij de A1 trainer was, kwam er op een gegeven moment een punt dat ik achteroverleunend in de dug-out de wedstrijd bekeek. Het was goed, de spelers wisten wat ze moesten doen en zij voerden dat heel goed uit. Dat wil ik ook bij het eerste elftal bereiken, maar daar heb ik nog zeker een half jaar voor nodig. In de tussentijd doen we er alles aan om de wedstrijden te winnen. Bij Ajax heeft niemand de tijd om rustig een paar jaar te bouwen. Elke wedstrijd telt. En terecht, want we zijn een ambitieuze club.
Voor ons, maar ook voor de supporters, is het leuk dat we nog steeds op drie fronten meedoen. De dubbele wedstrijd tegen Spartak Moskou wordt spannend en leerzaam. Ik zie kansen voor onze ploeg om door te gaan in de Europa League. Door donderdag aanstaande van RKC te winnen, kunnen we de KNVB Bekerfinale bereiken. We moeten een achterstand wegwerken, maar wij willen tot half mei strijden voor de landstitel, de belangrijkste prijs.
Mensen om me heen vragen me vaak een vergelijking te maken tussen hoe ik het als voetballer beleefde ten opzichte van nu als trainer. Enerzijds is dat een onmogelijke vergelijking, want het voetballen is totaal anders geworden. Ik was samen met Danny Blind het centrale verdedigingsduo in de tijd dat we met Ajax alles wonnen. We zijn beiden niet veel groter dan 1.80m. Zou je nu met twee spelers van die lengte overeind blijven? Wij deden veel op ‘gogme’, maar ik weet niet of dat tegenwoordig zoveel kan compenseren.
Verder zijn er natuurlijk genoeg zaken die je wel kunt vergelijken. Ik heb als voetballer ook altijd genoten van de spanning rondom wedstrijden. Nu ik trainer ben, voel ik dat nog intenser. Ik merk dat ik dat nodig heb. Vaak lig ik in bed na te denken over Ajax. Er komt veel bij deze baan kijken. Ik ben blij dat ik ervoor heb gekozen om Hennie Spijkerman en Danny Blind naast me te hebben. Ervaring, voetbalkennis, loyaliteit en integriteit zijn begrippen die op ons als staf van toepassing zijn.
Zo werken we op veel gebieden goed samen bij Ajax, niet alleen op het veld maar ook daar buiten. Rondom het eerste elftal met de medewerkers van de facilitaire dienst, de dames van het spelershome en bijvoorbeeld de medische staf maar ook met de collega’s op de kantoren. Wat betreft het eerste elftal ben ik weliswaar eindverantwoordelijk, maar ik doe het niet alleen. Dat geldt ook voor deze column. Bij AEGON kwamen een paar emails binnen en via Twitter werd ook gevraagd of ik deze teksten elke maand zelf schrijf. De mensen die dat mailen kennen mij niet, dat is duidelijk. Want denk je dat ik mijn naam onder een tekst laat zetten, waar ik niks mee te maken heb? Ik kom zelf met de onderwerpen die ik er in wil hebben en samen met een collega zorg ik ervoor dat de tekst gemaakt wordt. Voordat deze naar AEGON gaat, lees ik het nog altijd even kritisch door en pas ik vaak nog wat zaken aan. Zo ook deze keer…
.
Volgende keer hoop ik nog steeds te kunnen schrijven dat we op drie fronten meedoen, dat zou betekenen dat we van Spartak Moskou hebben gewonnen, via RKC de bekerfinale hebben bereikt en dat we geen averij hebben opgelopen in de Eredivisie.
Sportieve groeten!
Frank







































Plaats reactie