Sinds hij begin juli bij Jong Ajax begon heeft trainer Pieter Huistra over aandacht niet te klagen. Zeker nu zijn team steeds beter begint te draaien, zou dat zich ook moeten uitbetalen in publieke belangstelling op De Toekomst en van de media. Maar vooral de pers laat het nog altijd vaak afweten.

Pieter Huistra kwam afgelopen zomer van Vitesse naar Ajax. In Arnhem was hij assistent-trainer in Amsterdam is hij eindverantwoordelijke voor de beloftes. Dat gaat hem goed af, ondanks dat hij wekelijks te maken heeft met een heleboel spelers uit het eerste. “Dat gaat steeds beter”, vertelt hij highlow.nl. Vorige week speelde zijn ploeg, waarin alleen Geoffrey Castillion een echte Jong Ajacied was, een puike wedstrijd. Na wisselvallige partijen tegen o.a. Jong PSV en Jong ADO Den Haag lijken de afvallige A-spelers hun draai in het tweede te hebben gevonden. “Ze waren gretig en dat is goed om te zien.” Voor de oefenmeester is wel duidelijk wat de oorzaak is. “De spelers willen zich laten zien en een visitekaartje afgeven. Dat geeft iedereen een goed gevoel, die jongens persoonlijk, maar ook als team. Na het zien van de beelden van ADO was wel duidelijk wat er moest gebeuren. Als één speler druk zet, dan heeft dat geen effect. Als twee spelers druk zetten, heeft dat iets meer effect, maar als je met z’n elfen druk zet, ja, dan maak je het de tegenstander moeilijk. Dan zie je dat die jongens het ook leuk gaan vinden en dat is de manier waarop we verder moeten met het team.” Normaliter komen op zondagen de spelers uit het eerste meetrainen met Jong Ajax, maar de laatste weken wor...