Jaap de Groot laat min of meer in zijn column doorschemeren dat de afwijzing van Tscheu la Ling als algemeen directeur een flinke tegenslag is voor Johan Cruijff en voor hem het bewijs dat hij eigenlijk nooit in een officiële functie moest gaan zitten. 'Omdat Cruijff het bij een stemming nooit kan winnen binnen de rvc wordt hij ongewild verantwoordelijk voor het beleid van anderen. Een doembeeld voor Cruijff. Het is de reden waarom hij ooit – vaak tot onbegrip van de publieke opinie – voor diverse functies bedankte. Zijn collega-commissarissen hebben Cruijff in de tang genomen want opstappen is geen optie meer', schrijft De Groot in De Telegraaf.

De Groot is negatief over de andere commissarissen en schrijft dat de zwaarwegende stem van Cruijff 'niks waard is'. Daarnaast is hij in 'een onmogelijke positie beland'. 'De toezegging dat Cruijffs stem zwaarwegend zou zijn bij de aanstelling van de directeur is direct niets waard gebleken. Cruijff blijkt voor een schriftgeleerde als Ten Have, Olfers, Römer en zelfs Davids een excuus te zijn om het voor het zeggen te hebben bij Ajax. Hij is hun eigen katvanger. De legendarische nummer veertien is direct in een onmogelijke positie gemanoeuvreerd door zijn medecommissarissen'.