Zonder zijn vrouw Andrea, het voetbal en zijn favoriete club Ajax heeft Sjaak Swart naar eigen zeggen geen bestaansrecht. Dat vertelt de voormalig voetballer, die binnenkort tachtig jaar wordt, in een interview met Privé.
Swart heeft zelf twee dochters, die ervoor hebben gezorgd dat hij ook nog vier kleinkinderen heeft. 'Mijn familie is me enorm dierbaar', vertelt Swart. 'Ik hecht veel waarde aan mijn kinderen en kleinkinderen. Andrea is altijd mijn steun en toeverlaat geweest. De liefde tussen ons is in al die jaren sterk verankerd. Overigens kwam ik altijd weer thuis na een wedstrijd, want Adrea maakt nog steeds de lekkerste kippenpootjes van de wereld!’
Ook Ajax is een grote liefde van Swart en de bijna tachtigjarige Mister Ajax hoopt dan ook nog lang bij de Amsterdamse club te kunnen rondlopen. 'Ik ga daarna richting de negentig jaar en als de gezondheid het toelaat, blijf ik dagelijks actief bij Ajax. Die club staat me zo nauw aan het hart. Zonder die club heb ik eigenlijk - los van mijn familie - geen bestaansrecht. Ik zie Ajax als de vereenzelviging van mezelf…’
Menigeen zal denken: hoe houdt Swart zich toch zo fit? Allereerst staat hij iedere dag twee keer op de weegschaal, omdat hij op het juiste gewicht wil blijven. 'Twee keer per week laat ik mijn lichaam losmaken door een sportfysiotherapeut. Ik ben heus niet ijdel, maar ik vind het belangrijk om er nog monter en fris uit te zien. Sport houd je jong. Ik zie veel leeftijdsgenoten die er een te passief leven op nahouden. Het is goed dat er steeds meer animo komt voor walking football, waarbij ouderen in wandeltempo op een kwart speelveld een potje voetbal spelen.'
Inderdaad, Swart voetbalt nog altijd. De sport houdt hem constant bezig en hij kan dan ook niet wachten tot het seizoen straks weer begint. 'De zomerperiode is afgrijselijk en duurt voor mij echt te lang', zegt Swart, die hoopt dat Ajax een beter seizoen tegemoet gaat. 'Ik hoop dat mijn club weer eens een grote prijs gaat winnen. Het afgelopen seizoen was een van de slechtste.’





































Plaats reactie