Frank de Boer ziet dat Ajax steeds meer als een fantastische opstap wordt gezien door spelers. Dat vertelt de oud-bondscoach bij RTL7. De Boer vertelt ook over het verschil met zijn tijd als trainer van de Amsterdamse club.

'Nu kunnen ze Haller kopen voor 22 miljoen euro', begint De Boer zijn verhaal. 'Ik moest het bijvoorbeeld met Sana doen, die misschien één miljoen euro kostte. Als het vijf miljoen euro zou moeten zijn, dan moesten we eerst twee spelers verkopen. Je moest elk dubbeltje omdraaien, voordat je iets kon krijgen. Dat is het grote verschil.'

De Boer ziet dat Ajax nu risico's kan nemen. 'Ze kopen Haller, maar hadden verwacht Neres en Tagliafico te verkopen om dat te compenseren, maar dat risico kunnen ze nemen. In mijn tijd moest je gewoon eerst iemand verkopen, voordat je weer iemand kon aantrekken. Dat was ook terecht, want financieel zaten we toen nog niet zo goed als nu.'

'Toen was een miljoen euro het maximum'

Een belangrijk verschil tussen nu en de tijd van De Boer is het salarishuis. 'Toen was een miljoen euro het maximum. Nu verdienen de beste spelers misschien wel vier miljoen euro. Dat is niet te vergelijken en daarom willen mensen natuurlijk ook hier naartoe. Maar daarnaast is de jeugdopleiding natuurlijk ook nog heel belangrijk.'

De Boer vertelt dat er in zijn tijd ongeveer zes miljoen euro per jaar werd ingestopt, maar dat dit nu wel dertien miljoen euro per jaar zou zijn. 'Dat betekent dat je uiteindelijk ook de jeugd goed aflevert aan het eerste. Het is een goede combinatie met spelers die je kunt kopen, een Berghuis die je kunt halen. Mensen zien nu ook: dit is een fantastische opstap. Ik krijg ook goed betaald, maar het is ook nog het beste voor mijn carrière.'