Diant Ramaj is van mening dat hij zich nog veel kan ontwikkelen. De keeper van Ajax heeft dit seizoen veel te doen, veel meer dan normaal. Hij is van mening dat het voor hem persoonlijk goed is dat hij zoveel te doen heeft, maar ziet ook in dat verdedigend beter moet bij de Amsterdammers. In gesprek met Voetbal International gaat de Duitser dieper in op zijn ontwikkeling.

‘Ik heb het druk, ja, haha. Ergens is dat voor mij persoonlijk ook goed, dat ik in veel situaties kom om ballen tegen te houden en beter te worden', begint Ramaj, die vindt dat het verdedigend scherper en beter moet bij Ajax als ze succesvoller willen zijn. 'We kunnen tegenstanders niet zo vaak en zo makkelijk op doel laten schieten in wedstrijden.' De Duitse goalie had zeker niet verwacht dat hij het zo druk zou krijgen in de goal bij Ajax. 'Ik weet nog dat Gerónimo Rulli aan het begin tegen me zei: "In veel wedstrijden kom je hier als keeper maar tot één of twee acties." Zo is het niet helemaal gelopen. Het gaat hier sowieso niet zoals in de afgelopen jaren.' De 22-jarige doelman ziet wel vooruitgang bij Ajax. 'Als je ziet waar we vandaan komen en waar we nu zijn, dan denk ik dat we stappen vooruit hebben gezet, maar in de toekomst moet het nog veel beter.’

Onder Maurice Steijn kwam Ramaj niet aan de bak. Na het uitvallen van Rulli in de eerste competitiewedstrijd kreeg Jay Gorter de voorkeur. Nu, een aantal maanden later, lijkt de Duitser het ongelijk van Steijn bewezen te hebben. 'Ik denk dat hij iedere dag op de training heeft gezien wat ik nu laat zien. En toch zei hij dat ik er niet klaar voor was. Ik denk dat ik deze behandeling niet verdiende van hem. Maar ja, je ziet het: hij is weg en ik ben er nog, dus alles is goed. Het was een moeilijke periode, maar soms is het leven zo. Het maakt je sterker, denk ik.'

Ramaj werkt hard aan zichzelf

Ramaj is veel bezig met zijn eigen ontwikkeling, zo vertelt hij. Na iedere wedstrijd probeert hij elke tegengoal te analyseren. Hij kijkt samen met de keeperstrainer van Ajax naar details die anderen niet zo snel zien. Ook thuis houdt de doelman zich veelal bezig met zijn ontwikkeling, zoals vlak voordat hij gaat slapen. ''Dan denk ik terug aan specifieke momenten en wat ik daar beter had kunnen doen. Hoe ik me beter kan positioneren, hoe ik mijn voetenwerk kan verbeteren, dat soort dingen. Soms gaat het om tien of twintig centimeter, maar dat kan wel het verschil maken of je een bal tegenhoudt of niet. Ik hou ervan om aan die details te werken, ook al kost het me dan soms wat nachtrust.’

Ramaj is met zijn 1,87 meter zeker niet klein, maar in de jeugd behoorde hij tot de kleinere keepers. 'Ik geef daar niets om', zegt hij daarover. 'Ik wist altijd: als ik niet de langste ben, moet ik zorgen dat ik het hoogst kan springen. Dat kun je natuurlijk goed trainen.' Ramaj werkt er hard aan door middel van squads en springoefeningen. Op die manier wil hij ook zijn reach vergroten.

De doelman geeft toe dat hij al zijn hele carrière aan het compenseren is voor zijn lengte, maar ziet in dat alles zo zijn voor- en nadelen heeft. 'Sommige langere keepers zijn misschien weer niet snel genoeg bij de grond, die moeten daar dan weer aan werken. Iedere keeper heeft zijn eigen uitdagingen. In mijn geval moet ik hoger springen dan bijvoorbeeld een Thibaut Courtois. Dat is nooit echt een probleem geweest. Het is altijd maar net hoe je ernaar kijkt: je kunt het iedere keer oplossen, als je er goed aan werkt.'