Jorrel Hato voelt zich enorm thuis bij Ajax. De verdediger, die in de belangstelling staat van enkele topclubs uit het buitenland, lijkt ervoor open te staan om nog langer bij Ajax te blijven. Hij vertelt er kort over in een documentaire van Ajax TV die te zien is op Ajax.nl.
'Het slimste is om het per seizoen te bekijken. Dat doe ik ook', vertelt Hato over zijn toekomstplannen. 'Natuurlijk wil je uiteindelijk wel dingen bereiken. De Champions League, een WK, een EK. Ik heb nog alle tijd. Ik heb niet zoiets van: ik moet per se over twee jaar de Champions League winnen. Mijn ultieme voetbaldroom? Dat is wel het winnen van een WK. Daar wil je bij zijn als het gebeurt.'
Met het Nederlands elftal speelde Hato al tegen een van de beste spelers van de wereld op dit moment: Lamine Yamal. In de Eredivisie kom je spelers van dat niveau niet tegen. 'In de Nederlandse competitie moet je tegen de grote clubs laten zien hoe goed je bent. Uiteindelijk moet ik de dingen die ik al goed kan door blijven ontwikkelen, zodat het top wordt. Hoe ik mijn tijd bij Ajax omschrijf? Ajax is thuis voor mij. Ik voel me gewoon thuis hier', aldus Hato, die inmiddels alweer zeven jaar Ajacied is.
Hato trots op ouders
In de documentaire heeft Hato het ook over zijn leven als kind. Hij vertelt dat hij altijd buiten aan het voetballen was met zijn vrienden. Later voetbalde ook broertje Elgyn mee. 'Mijn moeder gaf me altijd een bepaalde tijd om thuis te komen, maar als je in een potje zit, ga je niet weg', lacht de geboren Rotterdammer. Hij spreekt met veel respect over zijn ouders. 'Zij hebben mij en mijn broertje heel goed opgevoed. Door hen ben ik de persoon die ik nu ben. Respect voor anderen stond altijd op één.'
Wel is het zo dat Hato op school niet altijd de liefste jongen was, zo vertelt hij eerlijk. 'Als ik me niet zou gedragen, zou ik moeten stoppen met voetballen. Zo was het een beetje. Ik werd totaal niet gepusht. Ja, ik was lastig op school. Een vervelende jongen, vechten. Dat was meestal het probleem bij mij. Ik was een slimme jongen, maar het vechten was een probleem.'
Tekst gaat verder onder de foto.

Van Sparta naar Ajax
Hato begon met voetballen bij IJVV De Zwervers, waarna hij al snel overstapte naar Sportclub Feyenoord (de amateurtak). Na twee jaar mocht hij stage lopen bij Sparta, waar Hato vervolgens drie leuke jaren heeft gehad. 'Ik deed het goed, maar dat Ajax zou komen had ik niet verwacht.'
'Ik werd gebeld door de hoofd jeugdopleiding met de mededeling dat ze me meteen wilde hebben. Aan de ene kant is dat mooi, maar ik moest er wel even over nadenken. Amsterdam was niet ideaal, maar uiteindelijk ga je geen nee zeggen tegen Ajax. Uiteindelijk wil je de beste zijn, dus moet je ook bij de beste club spelen.'
Aanvoerder bij Ajax
Bij Ajax zette Hato zijn stormachtige ontwikkeling voort. Onder Frank Peereboom bij het O19-elftal werd hij bovendien snel captain. 'Het is wel grappig hoe dat ging. Een dag voor de wedstrijd belde Pienaar, toen assistent, mij. We hadden een hele goede band. Hij zei: ben je klaar voor morgen? Ik zei: alleen als ik aanvoerder ben. Hij zei: ik ga het voor je regelen. Een dag later was ik de aanvoerder en dat bleef ik toen voor de rest van het seizoen.'
Ook bij het eerste elftal droeg Hato de band al snel. Dat gebeurde voor het eerst tijdens het duel met Almere City en tijdens het duel met AEK Athene droeg hij de band vanaf de aftrap. 'Ik hoorde dat een dag van tevoren al. Toen sliep ik wel goed. Ik besefte: morgen ben ik aanvoerder en ik ben pas 17.'
Plaats reactie