Rijsdijk: Geen selfies, maar in de geest van Cruijff

door basdew92 3

Rijsdijk: Geen selfies, maar in de geest van Cruijff

door basdew92 3

Laatst geüpdatet

Iedere maand duikt columnist Rodney Rijsdijk voor Ajax Showtime in de krochten van zijn Ajax-bestaan. Deze keer denkt hij terug aan de hopeloze edities van Ajax-Real in 2011 en een hoopgevende brief van Johan Cruijff in 1967.

Het was 7 december 2011, in Amsterdam was het ijskoud, maar m’n gabber en ik zaten in korte broek Ajax-Real Madrid te kijken. Maar goed, wij zaten dan ook in Paramaribo, waar hij destijds werkte en ik een paar weekjes op bezoek was. De kroeg waar we zaten heette de Orange Blues Bar. Vlak achter uitgaanscentrum ’t Vat aan de ene kant en de Palmentuin aan de andere kant. De Orange Bluesbar, ook wel de Bakra-bar genoemd, was een speeltje van Nederlandse expats. Die hadden daar gewoon hun eigen barretje opgericht om na het werk te kunnen zuipen.

Op zoek naar een kroeg om Ajax te kijken kwamen we daar toevallig terecht. Ajax had dat jaar bijzonder gunstige papieren om door te gaan in de Champions League. Verliezen van Real Madrid zou totaal geen ramp zijn. Want dan zou Olympique Lyon wel met heel malle cijfers uit bij Dinamo Zagreb moeten winnen. 1-7 of zo. Haha! Natuurlijk niet, gekkie!

Ontspannen avondje dus. Om ons toch een beetje in Amsterdam te laten voelen, werden er oer-Hollandse bitterballen en frikandelletjes in het vet gegooid om de djogo’s Parbo-bier gunstig te laten landen. Ons humeur was zo zonnig als het weer in Suriname. Hoe dat humeur er een dikke drie kwartier later uitzag is niet moeilijk te raden. Dinamo Zagreb had zichzelf in de rust ineens de voetbalkwaliteiten van het vierde reserve-veteranenelftal van FC Knudde aangemeten en Olympique Lyon schoot er lachend zes binnen: 1-7 met een knipoog. Precies genoeg om over Ajax heen te wippen dat met 0-3 verloor. Ajax uitgeschakeld voor de Champions League.

Nou ben ik niet snel van de complottheorieën. Sterker nog: ik vind samenzweerderige theorietjes over het algemeen nogal paranoïde en vergezocht. Maar dit was allemaal zo bizar en ‘’toevallig’’ hoe alles samenviel: zes goals van Lyon in één helft, de knipoog van Vida en die vreemd afgekeurde goals bij Ajax. Ik zal niet keihard beweren dat er sprake is van bedrog, maar laat ik het zo formuleren: mijn kat die laatst naast mijn broodje stond waar geen plakje ham meer op lag en die vervolgens heel onschuldig naar mij keek alsof zij ook niet wist waar dat plakje ham was gebleven, kwam stukken geloofwaardiger over dan iedereen die tijdens die tweede helft in Zagreb op het veld heeft gestaan.

Het zonnige humeur was inmiddels een donderwolk geworden. We voelden de Ajax-blues in de Orange Blues Bar.

Een dikke twee maanden eerder was ik in Madrid bij de eerdere poulewedstrijd tegen ‘De Koninklijke’. Madrid was zonovergoten. Eind september en het was er nog een gezellige dertig graden. Mijn vrienden en ik gingen dan ook lekker vijf dagen op stap. ‘Dag baas, vrouw en verplichtingen! Hallo zon, drank, fantastisch eten en nog meer drank!’ En in het midden van onze midweek dan Real Madrid-Ajax als onderbreking. We hadden eerlijk gezegd niet al te veel vertrouwen in een goed resultaat. Ajax was, zoals wel vaker, een ‘slow starter’ en Real Madrid was al vol op stoom in het jonge seizoen.

Het moment dat we definitief wisten dat er voor Ajax helemaal niets te halen was, was voor de wedstrijd, vlak voor de warming-up: de Ajax-spelers stonden selfies te maken in het stadion. Ze waren gigantisch onder de indruk en vroegen nog net geen handtekening aan Ronaldo. Ronaldo en de zijnen moeten het grijnzend gezien hebben vanuit de catacomben. ‘Deze jongetjes gaan ons geen problemen geven.’ En in de problemen kwam Real Madrid dus ook niet. Een achteloze 3-0. Stond na vijftig minuten al op het bord. Daarna tikte Real de wedstrijd ontspannen uit.

Er zijn vanuit de voorgaande geschiedenis uit 2011 zowel interessante parallellen te trekken als verschillen te zien met het heden. Ook dit jaar weer een dubieus afgekeurde Ajax-goal tegen Real Madrid. Een Real Madrid dat koelbloedig als een hitman zijn twee kansen benutte. Een belangrijk verschil is dat dit Ajax, zeker internationaal, een stuk volwassener is dan het Ajax uit 2011.

De allergrootste les die de Ajax-spelers kunnen trekken komt uit 1967. Weekblad Voetbal International plaatste een ingezonden brief van ene mijnheer Johan Cruijff uit Amsterdam. De 20-jarige schreef de teleurstelling van zich af over de thuiswedstrijd tegen Real Madrid. Het is een beetje het verhaal van deze tijd. Ajax speelde beter en kreeg met 1-1 te weinig, aldus Cruijff. ‘Het had 2-0 of 3-1 moeten zijn’ en een parel is de zin waarin hij Gert Bals ‘een kriminele keeper noemt.’ Cruijff sluit af met ouderwets Amsterdams gogme: ‘Wacht maar af. Kansloos zijn we zeker niet, want we laten ons niet imponeren. Door geen honderdduizend Spanjaarden. Tot ziens in Madrid.’

Ajax verloor die wedstrijd overigens na verlenging met 2-1, maar daar gaat het niet om. Ajax liet zich niet imponeren en stond aan de vooravond van grootse tijden. Er zijn twee dingen die Johan Cruijff nooit deed of zou doen: hij nam (op die ene unieke met Jesper Olsen in 1982 na) nooit penalty’s en hij en de zijnen zouden (als die techniek er toen was) zeker niet als een stel bleue schooljongetjes selfies nemen in het stadion. Als Ajax voetbalt in de geest van Cruijff en dat geloof, die strijdbaarheid en die flair heeft dan is er iets te halen in dat Bernabéu. Wij zijn Ajax en wij hoeven van niets of niemand onder de indruk te zijn. Nog van geen honderdduizend Spanjaarden.

Rijsdijk: Geen selfies, maar in de geest van Cruijff

Artikel uit archief Voetbal International.

Lees meer over:
Plaats reactie
Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.