Columnist Menno Pot vindt het op dit moment misschien maar even goed dat de naamswijziging van de Amsterdam ArenA naar de Johan Cruijff ArenA op 25 oktober aanstaande in stilte zal gebeuren. De journalist ziet namelijk een huidige sportieve malaise bij zowel Ajax als het Nederlands elftal, die allebei hun thuiswedstrijden afwerken in het Amsterdamse stadion.

'Op het moment dat het sta­dion officieel Cruijffs naam krijgt, is het de thuisbasis van een club die geen Europees voetbal speelt en van een nationale ploeg die niet naar het WK mag', begint Pot in Het Parool. 'Een paar mensen die 'cruijffiaans' over voetbal denken, liepen nog niet zo lang geleden als Ajacieden door de gangen, maar botsten met beleidsmakers die zéggen in de geest van Cruijff te werken - en dus werken ze nu elders', doelt de schrijver uiteraard op het vertrek van trainers als Peter Bosz en Hendrie Krüzen en voormalig hoofdjeugdopleiding Wim Jonk.

Pot zag dat het Ajax-jaar een Cruijff-lente kende, maar dat het jaar na 24 mei zich snel ontpopte als een rampjaar. 'Overal in en rond het stadion, dat snel z'n nieuwe naam zal krijgen, waait een gure wind van teleurstelling en verdriet. Je ruikt de mufheid, het nieuw elan waarop alweer een laagje schimmel is verschenen. Misschien moet het inderdaad maar in stilte gebeuren, die naamswijziging. Terwijl voetbalminnend Amsterdam naar Volendam kijkt en de prachtige, vernieuwde tribunes leeg zijn. Eindelijk in het bloedrood, met krachtige witte letters, zoals vroeger op de middenvakken van de Reynoldstribune in De Meer: AJAX. Laat het maar stil zijn. De vreugde en het Cruijff-voetbal komen wel weer eens', besluit Pot positief gestemd richting de toekomst.