Ronald de Boer denkt dat Kristian Hlynsson kan uitgroeien tot een type Jari Litmanen bij Ajax. In een uitgebreid stuk in Voetbal International gaan De Boer en Úlfar Hinriksson, een oud-jeugdtrainer van de jonge middenvelder, dieper in op de voetballer Hlynsson.

Hlynsson begint zijn voetballeven vooral als 'het broertje van' bij Breidablik in IJsland. Zijn broer Ágúst is namelijk de jongste debutant ooit in de geschiedenis van de club. Maar volgens jeugdtrainer Hinriksson was het al snel duidelijk dat Kristian nóg beter is. 'Als hij in beweging was, konden ze Kristian met geen mogelijkheid neerhalen. Toen Kristian vijftien was, ging hij al meetrainen bij onze hoofdmacht.’ Niet veel later debuteert Kristian bij het eerste van Breidablik. En als broekie van 15 jaar en 8 maanden verbreekt hij het vier jaar oude record van zijn broer.

Hlynsson neemt in de zomer van 2019 met Breidablik deel aan een jeugdtoernooi in Enschede. De jonge IJslander maakt zoveel indruk dat Ajax aanklopt. Hlynsson twijfelt volgens Hinriksson geen moment. ''Stop maar met zoeken, dit is wat ik wil”, zei hij.'

'Fragiel, met een echt Scandinavisch hoofdje'

Bij Ajax krijgt Hlynsson bij de O17 te maken met De Boer. De oud-voetballer is meteen gecharmeerd van de jonge middenvelder. ‘Timide jongen, fragiel, met een echt Scandinavisch hoofdje. Maar ook iemand van wie je gelijk ziet: die zit wel op voetbal. Niet dat hij veel dribbelde, ofzo. Het zat hem meer in zijn aannames, het op doel schieten, het positie kiezen, zijn oriëntatie, het scannen om zich heen. Dat soort dingen waren toen al van een heel hoog niveau bij Kristian. Dat is sindsdien alleen nog maar beter geworden.’

‘Je merkte gewoon: deze jongen ziet het spelletje, hij snapt het. Hij gaat niet onnodig rennen met een bal, zoals heel veel jongens op die leeftijd doen. Hij kijkt direct wie er vrij staat en laat de bal dan het werk doen.' Volgens De Boer wordt Hlynsson daarom ook vergeleken met Christian Eriksen. 'Maar die had misschien nog iets meer een individuele actie. Kristian had wat Dennis Bergkamp vroeger ook had: in de één-tegen-één was hij niet geweldig, maar zijn aannames waren zó goed, dat hij op die manier vaak al spelers uitspeelde. Hij is geen speler zoals Ronaldinho die continu zijn tegenstander opzoekt, hij combineert en versnelt dan op het juiste moment. Hij creëert een overtal en arriveert op het juiste moment in de zestien’, gaat De Boer verder.

'Volgend jaar moet hij er echt staan'

De Boer durft, ondanks dat het nog een jaar is waarin Hlynsson moet wennen, de vergelijking te maken met een Ajax-legende. ‘Kristian is nu nog wat bescheiden op het veld, hij kan het spel nog meer naar zich toe trekken, echt de bal opeisen en zeggen: “Ik doe het wel”. Maar goed, dan vraag ik wel heel veel van hem op jonge leeftijd. Uiteindelijk denk ik wel dat hij een soort Jari Litmanen kan worden bij dit Ajax: de ploeg beter laten spelen door sneller te denken dan de rest en de simpele dingen simpel te houden. Dit seizoen is voor hem nog een kennismaking, volgend jaar moet hij er echt staan. Maar dat hij een heel belangrijke spil kan worden bij Ajax, dat dicht ik hem zeker toe.’