Ajax-directeur Edwin van der Sar ziet, net als Erik ten Hag, het treffen met Juventus in de kwartfinales van de Champions League als een mooie uitdaging voor Ajax. De beleidsbepaler denkt dat de spelers enorm gemotiveerd zullen zijn voor een nieuw succes.

'Fantastisch. Het is de club waar jezelf hebt gespeeld, maar ook de club waar je een negatieve ervaring mee hebt van de finale in 1996. Nederlagen zijn nooit leuk, finales zeker niet en de manier waarop ook niet', begint Van der Sar in gesprek met Veronica Inside. De directeur denkt niet dat dat een extra motivatie hoeft te zijn. 'Ik denk dat als je de kwartfinale van de Champions League speelt en je zoveel ambities hebt, het niet nodig is om de verhalen uit de oude doos te mededelen.'

Van der Sar zag Juventus eerder deze week een geweldige wedstrijd spelen tegen Atlético Madrid. Hij noemt de ploeg georganiseerd, gedisciplineerd, hard en kwalitatief erg technisch. Cristiano Ronaldo was de uitblinker, maar Juventus is meer dan dat. 'Ze hebben nog meer goede spelers. Achterin staat het als een huis. Ze worden al vele jaren kampioen en ze hebben ook een aantal Champions League-finales gehaald. De vorm van de dag zal ook belangrijk zijn.'

Tot slot geeft Van der Sar aan dat hij geregeld met mensen van Juventus spreekt. Zo spreekt hij regelmatig met Juventus-eigenaar Andrea Agnelli. 'We bellen straks weer met elkaar. Ronaldo sprak ik een paar maanden geleden nog. Wat ik nu tegen hem zou willen zeggen? Ronaldo, doe rustig aan', besluit hij met een knipoog.