Virgil van Dijk is blij met de afgelopen interlandweek van het Nederlands elftal. De ploeg van Louis van Gaal begon aan het inslijpen van het 1-3-4-1-2-systeem, met een zege op Denemarken en gelijkspel tegen Duitsland als gevolg. De captain van Oranje weet dat het land het lange tijd lastig had tegen de Duitsers, maar hij is trots op het laatste halfuur.

'Het ging lastig in de eerste helft. Het was moeizaam. Maar er was nog een hele tweede helft te spelen', constateert Van Dijk in gesprek met de NOS. 'In de tweede helft hebben we het na de eerste tien minuten goed gedaan. We maakten verdiend de gelijkmaker. Vermoeidheid slaat ook in, voor beide teams. Dan worden de ruimtes wat groter en dat speelt ook een rol. Het laatste halfuur hebben we heel goed gespeeld.'

De verdediger probeert uit te leggen wat het in de eerste helft zo lastig maakte voor het Nederlands elftal. 'De beweeglijkheid vooral. Ze hebben onze wedstrijd tegen Denemarken goed geanalyseerd. Voorin hadden zij allemaal een vrije rol. Ze konden overal naartoe bewegen. Dat hadden we een beetje verwacht. Dan moet je heel goed communiceren en lopen. In de tweede helft deden we dat veel beter.'

In de praktijk kwam Oranje tegen Duitsland in verschillende systemen terecht. Van Dijk benadrukt echter het belang van een basissysteem. 'Het maakt zeer zeker wel uit. Met fases hebben we Daley het middenveld in gestuurd, zodat we druk op de bal konden krijgen. Dan kom je uiteindelijk ook met vier achterop. Je moet doordekken op de lopende mensen die voorin staan.'

Van Dijk tevreden na interlandperiode

'Al met al ben ik heel tevreden over deze tien dagen', concludeert Van Dijk achteraf. 'We hebben heel hard getraind en heel veel meetings gehad. We gaan het in juni weer moeten neerzetten. Nu gaan we lekker naar de club. Het wordt een hele belangrijke maand, waarin nog van alles kan gebeuren.'