Voorlopig Ajax-assistent-trainer Richard Witschge kan nog altijd niet zijn excuses maken voor het hooghouden in een duel (4-0) met aartsrivaal Feyenoord. De middenvelder hield eind oktober 1997 de bal meerdere keren hoog en voor veel Feyenoord-fans was dit enorm vernederend.

Ajax had die dag geen kind aan Feyenoord, waardoor het op een gegeven moment galleryplay werd in Amsterdam. 'Ja, we stonden weleens vaker voor, toch?', begint Witschge. 'Ik moet nu wel oppassen, want ik zit nu in de staf natuurlijk. Waarom ik dit deed? Ik kreeg hem gewoon rottig meegespeeld door Arveladze, op dijbeenhoogte. Dan moet je hem zo meenemen. En als ik dan in volle sprint ben, ben ik niet te houden', zegt hij met een knipoog tegen verslaggever Harry Vermeegen.

In Rotterdam vindt men het hooghouden van Witschge maar beledigend. 'Dat hoor ik weleens, ja.' Op de vraag of Witschge zijn excuses wil maken, moet hij lang nadenken. Even later zegt hij: 'Het lukt me niet, ik heb last van mijn lippen, haha. Ik sta altijd achter mijn daden', aldus de oefenmeester, die veel vertrouwen heeft in het duel van zondag. 'We moeten ze gewoon opvreten. Gewoon, 3-0. Bij de keel pakken en afmaken. Wie er scoren? Ziyech, Huntelaar en Van de Beek.'