Vandaag werd Fernando Magazine, het éénmalige tijdschrift van de aan ALS-ziekte lijdende Fernando Ricksen, uitgebracht en één van de geïnterviewden in het magazine is oud-Ajacied Rafaël van der Vaart. De 32-jarige middenvelder, die in het Nederlands elftal samenspeelde met Ricksen, beleefde in de kleedkamer van Ajax de meeste lol en dan met name aan toenmalig ploeggenoot Richard Witschge.

'Richard Witschge, mijn voorganger bij Ajax, was echt de absolute koning van de voetbalhumor, van de betere practical joke ook', begint Van der Vaart in Fernando Magazine. 'Witschge was mijn grote voorbeeld. Als voetballer, maar ook wat betreft voetbalhumor. Hij nam het voetbal wel serieus, maar soms ook weer niet, dat heb ik destijds als een verademing ervaren. Die relaxtheid die hij had in zijn spel, had hij ook buiten het veld. Vond ik prachtig, zulke types.'

Het zijn mooie woorden van Van der Vaart over Witschge, maar met een anekdote maakt hij het vervolgens net iets duidelijker hoe het er destijds aan toeging in de kleedkamer van Ajax. 'In de kleedkamer liggen altijd allemaal dingen die getekend moeten worden door de spelers. Shirtjes, een bal, een paar schoenen, noem maar op. Dat ligt verzameld op een speciale tafel. En zo lag er op een gegeven moment ook een spijkerbroek. 'Raf teken even, is voor een vriend van me', zei Witschge. Dus ik zette m'n handtekening op die broek en na mij alle andere spelers, met een dikke zwarte stift.'

'Maar die broek was dus helemaal niet van een vriend van hem...', vervolgt Van der Vaart zijn anekdote. 'Die had Witschge rechtstreeks uit de tas van Jesper Gronkjaer gehaald. Maar Gronkjaer tekende ook gewoon. Had niks door, herkende z'n eigen broek niet. Totdat hij onder de douche vandaan kwam en zich wilde aankleden. Als ik zo'n Gronkjaer dan in z'n ondergekliederde broek naar huis zag gaan, kon je mij opvegen', herinnert de oud-Ajacied zich.