Kenneth Taylor voelt nog altijd teleurstelling wanneer hij terugdenkt aan de rode kaart die hij aan het einde van het vorige seizoen kreeg in de thuiswedstrijd tegen VVV-Venlo. Na een goede serie bij Jong Ajax en het al gevierde kampioenschap van Ajax 1 wilde hij zich laten zien, maar zijn gretigheid werd hem de baas.

'Ik wilde het gewoon laten zien in die wedstrijd. Ik had dat seizoen nog niet heel veel gespeeld, was een paar keer ingevallen en bij Jong Ajax ging het goed', vertelt hij in de webserie Bij Andy in de auto. 'We waren al kampioen en ik was blij dat ik de kans kreeg. Toen was ik gewoon iets te gretig en pakte ik rood. Toen ik het veld afliep, kon ik wel door de grond zakken.'

Na de bewuste dag zelf was het laatste woord er echter nog niet over gezegd. Daar zorgde Erik ten Hag wel voor. 'De volgende dag riep hij me op zijn kantoor. Hij zei: het is natuurlijk niet goed. Het is ongecontroleerd. Hij snapte wel dat ik gretig was, dat vond hij ook mooi, maar het was gewoon heel onnodig. Tegen VVV kon het, maar als het in de Champions League gebeurt, dan kun je de wedstrijd verliezen.'

Vandaag de dag kent Taylor de selectie van Ajax 1 al erg goed, maar dat is niet altijd zo geweest. Donny van de Beek is een speler van wie hij veel hulp heeft gehad toen hij net kwam kijken op de training van het eerste. 'We zitten bij dezelfde manager. Toen hij nog bij Ajax speelde, hielp hij me met veel dingen. Hij gaf me tips en dat soort dingen. Je kent nog niemand, dus dan is het fijn om iemand te hebben om mee te praten. Ik had het niet per se nodig, maar het is wel fijn.'

'Als ik de ArenA inloop en er is publiek, dan heb ik niet eens meer een warming-up nodig'

De middenvelder weet inmiddels hoe het is om voor de hoofdmacht van Ajax te spelen, maar maakte vanwege de coronacrisis en de daarbij horende maatregelen pas sinds kort kennis met het grote publiek. 'Dit seizoen is pas het eerste seizoen dat ik met publiek speel. Met Jong Ajax hebben we met publiek gespeeld, maar natuurlijk niet met zo veel. Het publiek geeft je energie. Als ik de ArenA inloop en er is publiek, dan heb ik niet eens meer een warming-up nodig.'