Danny Blind kijkt met gemengde gevoelens terug op het seizoen 2005/2006, waarin Ajax de bekerfinale van PSV won. De Amsterdammers waren met 2-1 te sterk, maar het ging dat seizoen allemaal niet zonder slag of stoot.

'Het seizoen zelf was moeizaam, met ups en downs', aldus Blind in de documentaire Ajax – PSV: De boeiende bekerfinales van Blind. 'We hadden ook veel blessures en konden in veel wedstrijden niet brengen wat we in ons vermogen hadden. We waren al redelijk snel uitgeschakeld voor de titel door een te grote achterstand op PSV. '

'We hadden ook niet het scorend vermogen dat nodig is om wedstrijden in je voordeel te beslissen', weet Blind nog, waarna hij ingaat op de oplossing. 'Daarom hebben we in de winterstop Klaas-Jan Huntelaar gehaald. Die had wel aardig scorend vermogen. Zijn komst was heel belangrijk voor het elftal. Hij bleef scoren en op hele belangrijke momenten.'

Wegens de wisselvallige resultaten kwam de positie van Blind algauw onder druk te staan. Hoe hij ermee omging tijdens het restant van het seizoen? 'Het was niet moeilijk. Je slaat de handen ineen en soms kan een gemeenschappelijke vijand een eenheid kweken. We werden steeds meer een eenheid richting het einde van dat seizoen.'

Huntelaar de held van de dag

De bekerfinale was een wedstrijd vol strijd. Lang bleef het 1-1 tussen beide ploegen, totdat Klaas-Jan Huntelaar opstond. 'Het is afwachten op een moment dat altijd nog kan komen, zeker met Klaas-Jan in je gelederen. Het moment was geweldig, want er werd nog afgetrapt en het was klaar. Op het moment dat je scoorde, wist je dat het zo goed als binnen was. Het was een ongelooflijke ontlading. Alles kwam eruit.'