Olivier Aertssen is blij met zijn officieuze debuut in Ajax 1. De jonge verdediger kwam tijdens de oefenwedstrijd tegen SV Meppen voor het eerst in actie in de hoofdmacht en daar genoot hij met volle teugen van. De centrale verdediger is met Ajax mee op trainingskamp in De Lutte en dat ervoer hijzelf vooral in het begin als pittig.

Na afloop van de wedstrijd tegen de Duitsers kijkt Aertssen terug op zijn eerste minuten in het eerste elftal van de Amsterdamse club. 'Het was natuurlijk heel mooi', vertelt hij Ajax TV. 'Het was al mooi om mee op trainingskamp te gaan en ik ben heel blij om in de eerste wedstrijd gelijk mijn officieuze debuut te maken. Ik ben er heel blij mee en voor mijn gevoel is het wel redelijk gegaan.'

Ondanks het feit dat de voetballende verdediger pas zeventien jaar oud is, voelde hij maar weinig zenuwen in aanloop naar zijn officieuze debuut. Hij ontkent niet iets van kriebels te hebben gevoeld, maar verder dan dat ging het niet. 'Natuurlijk is het even spannend, maar als je er in de eerste vijf minuten lekker inkomt, gaat dat gewoon weg en valt het mee.'

Halverwege de tweede helft riep hoofdtrainer Alfred Schreuder hem tijdens een drinkpauze kort bij zich. Waar de twee het toen over hadden? 'Hij zei dat we als centrale verdedigers nog iets hoger mochten staan, zodat het voor hen lastig is om in de counter op te bouwen. Daardoor hebben ze geen kans om eruit te komen. Ik heb het daarna geprobeerd en ik denk dat het beter ging.'

De stap naar Ajax 1

Het bevalt voor Aertssen goed in De Lutte, zo vertelt hij. Toch gaat het allemaal bepaald nog niet vanzelf voor het talent. 'In het begin is het wel een beetje aanpoten. Je komt terug van vakantie en hebt een aantal weken niets gedaan. Je hebt thuis getraind, maar als je op het veld komt, is het weer even wennen. Als je een paar trainingen hebt gehad, gaat het weer goed.'