Nemanja Gudelj is ervan overtuigd dat hij en Ajax bij elkaar passen als honing en een bij. In de nieuwe Voetbal International komt de kersverse Ajacied uitgebreid aan bod en wat beklijft, is zijn tomeloze ambitie. 'Dat is het mooie aan Ajax: alleen het hoogste is goed genoeg, elk seizoen opnieuw. Daarom ben ik hier op mijn plaats.'
Gewapend tegen de druk
Interviewer Simon Zwartkruis confronteert Gudelj met de hoge druk die veel spelers maar moeilijk aankunnen. 'Wanneer je als voetballer wilt doorgroeien, zul je tegen steeds hogere druk bestand moeten zijn. Daar loop ik niet voor weg. Voor mijn ontwikkeling is het goed dat ik bij Ajax te maken krijg met omstandigheden die ik nog niet ken. Dit is de grootste en sterkste club van Nederland', weet de man met Servische roots. 'Ik verheug me erop. Bovendien heb ik een vrij stabiel karakter. Ik raak niet snel van slag. Uit negatieve ervaringen probeer ik bijvoorbeeld het positieve naar boven te halen. Je leert van tegenslagen, je wordt er sterker van. Zo sta ik in het leven.'
Hekel aan verliezen
De grootste aanwinst van Ajax deze zomer tot nu toe stelt zichzelf graag even voor. 'Ik ben een type dat de beuk erin gooit als het moet. Niet omdat ik zo graag een stoere voetballer wil zijn, het zit gewoon in mijn karakter. Ik probeer een bepaalde energie in mijn spel te leggen en over te brengen op mijn ploeggenoten. In wedstrijden én op trainingen. Bij NAC en AZ speelden teamgenoten tijdens trainingspartijtjes liever mét me dan tegen me. Dat vind ik een mooi compliment. Bij Ajax zal ik het niet anders doen. Vraag maar aan mijn broertje hoe het is op de PlayStation tegen mij te voetballen. Dat gaat er fanatiek aan toe. Bij elke tegengoal brand ik van binnen, soms vliegen er spullen door de kamer. Ik heb een enorme hekel aan verliezen. Altijd en overal.'
Medespelers meeslepen
Gudelj sprak al met Frank de Boer en de naam Christian Poulsen viel meerdere malen. 'Poulsen werd als voorbeeld gesteld van iemand die een bepaalde kracht en energie aan de groep toevoegde. Daar herken ik mezelf wel in. Ik ben met mijn 23 jaar nog steeds vrij jong, maar het zit in me dat ik medespelers probeer mee te slepen. Het belang van mentale kracht wordt nog weleens onderschat in het topvoetbal', zo is de man met rugnummer twaalf van mening. Over zijn positionele rol in het veld is hij duidelijk. 'Ik ben niet de meest verdedigende middenvelder, ook niet de meest aanvallende, maar daartussenin. Ik kan een groot deel van het veld bestrijken. Box to box. Dan kom je in zowel verdedigende als aanvallende situaties terecht. Dat past goed bij mijn kwaliteiten.'
Lees het hele interview met Nemanja Gudelj hier.








































Plaats reactie