Ajax-trainer Erik ten Hag denkt dat wanneer Ajax de laatste tien competitiewedstrijden weet te winnen er een kampioenschap gevierd kan worden. De oefenmeester focust zich vooral op zijn eigen elftal en wil niet te veel naar titelconcurrent PSV kijken.
Aankomende zondag speelt Ajax een keer eerder dan PSV. 'Dat betekent dat we in ieder geval de druk kunnen opvoeren. Dat kan je een stap dichterbij brengen', aldus Ten Hag op de persconferentie. 'Maar zoals ik elke keer zeg: we moeten vooral naar onszelf kijken en onszelf verbeteren. Als wij alle wedstrijden winnen, staan wij bovenaan na afloop van het seizoen. We hebben het niet in eigen hand, dus PSV moet wat laten liggen.'
Terugkijkend op het duel met PEC Zwolle is Ten Hag nog altijd tevreden. Vooral omdat de ploeg dit keer negentig minuten lang wist te domineren, terwijl het in de wedstrijden daarvoor 'prestatieniveau wisselend' was. Wel liet Ajax na meer doelpunten te maken tegen de Zwollenaren. 'Of ik mij zorgen maak? Nee. We hebben veel spelers op het veld met scorend vermogen. Vier spelers staan hoog in de topscorerslijsten. Dat is een prima wetenschap. Ten tweede scoren we ook op verschillende manieren. Punt van aandacht is wel dat het effectiever kan. Hoe kun je dat trainen? Door spelers vaak in de situatie te brengen. Dat is vanaf 1 januari al een aandachtspunt. We creëren veel scoringskansen, maar moeten er meer rendement uit halen.'
Dat Ajax dit keer negentig minuten lang wist te domineren heeft volgens Ten Hag met meerdere factoren te maken. 'Maar ook met de tegenstander. Daar moet je op anticiperen. Een andere factor is concentratie. Dat hebben we de ploeg voorgehouden. Als je de tegenstander kunt killen, moet je dat doen. Het verschil tegen PEC Zwolle mag dan niet zo minimaal zijn. Dat is een punt van aandacht. Nee, ik loop niet juichend over het trainingsveld. Er is nog veel te verbeteren, er zit nog veel rek in deze groep.'
Denk jij dat Ajax de resterende wedstrijden allemaal gaat winnen? Wees er op voorbereid!








































Plaats reactie